Hank en Kittekat

Dagboek over een bolletje: de vakantie

De woensdagochtend bestaat uit een korte heldere droom waarin ik ons kindje in mijn armen krijg van Kit. Het babietje is slap, het buigt alle kanten op. Ik leg het voorzichtig op de bank neer en loop naar een kamer waar Kit staat te praten met iemand. Ik zeg hardop ja maar, dit kan helemaal niet. Dit moet een droom zijn want ik ben nog niet bevallen, dat weet ik zeker. En ik ga weer terug naar de baby die nu wat steviger en ronder is. Mijn kindje, denk ik.

Nog vier dagen van hard werken, veel boterhammen eten en misselijk zijn. Dan op vakantie. Maar eerst! hebben we jou gezien. Op de echo. Twee maanden en twee dagen oud. Een klein bolletje van twee centimeter met een razend snel kloppend hartje, wat is dat geweldig. Ik kan de hele wereld aan. Dat gevoel geef je mij.

Vrijdagochtend, snel bloed laten prikken voor de combinatietest. Koffer inpakken, laatste boodschappen. Afwasje. Alles onder controle. Hank haalt Adolf en precies om een uur vertrekken we uit Amsterdam. Op weg naar de vakantie. Drie uur later slaat mijn hart over: heb ik wel mijn nieuwe zwarte jurkje ingepakt? In Luxemburg ontdek ik van niet. Slaat de dementie nu al toe?
De reis duurt lang. Langer dan vorig jaar. Ik lig in de cabine van de super fast ferry, magnetisch geplakt aan stuurboord. Knabbel op Italiaanse crackers met zeezout en tijm. Ik lepel er een beetje van de lekkerste pindakaas op ter wereld. Dat is niet overdreven. Gemaakt van echte pinda’s, gekregen van de eveneens zwangere vriendin C. Ik ben opgenomen in de wereld van zwangere vriendinnen. De een waarschuwt voor de gevaren van rood vlees en de ander voor te lang doorlopen met een te kleine bh. Ik ben zo moe. Reisaapje streelt voorzichtig mijn wang.

Maandagochtend, mijn licht gaat aan maar vooral heel veel uit. Ik lig met mijn hoofd tegen een kussen, mijn ogen loodzwaar. Alles is vies, ik voel me de vleesgeworden misselijkheid. Hank doet wat hij kan doen: goed doorrijden. Nog vijf uur te gaan. Hij maakt zich zorgen, ik slaap om niets te hoeven voelen. Ongewild denk ik aan hoe Ralph zich moet hebben gevoeld na de zoveelste chemotrip in het ziekenhuis. Hij omschreef het als je zo ziek voelen maar net niet kunnen overgeven. Hij was vol met de dood, ik met het leven. Het ontmantelen van een foute klomp cellen kost ons evenveel energie als het aanmaken van een nieuw leven. Ik huil van binnen, een beetje.

Gearriveerd. Ik stort in tijdens het eten van een spaghetti bolognese. Hank neemt me weer mee naar het Griekse huisje in de zon en ik ga slapen. De volgende ochtend staan we op met het krieken van de dag. Ik trek mijn bikini aan. Past nog, wonderlijk. Om negen uur neem ik de eerste duik van de vakantie. Een rare ervaring. Kleintje dobbert rond in mijn buik en ik laat mij drijven op de warme zee. De vakantie begint in te dalen.

  1. veel plezier en geluk met Hank en de kleine alvast , I wave goodbye en Vaarwel want zwangere vrouwen horen niet op het internet.
    Kinderen zijn geluksbrengers, fijn dat ze niet te koop zijn, jammer dat die van mij al groot zijn.

  2. Dank je wel, worstje! Maar ik blijf gewoon een uitzondering op jouw regel, hoor.

    Na het de hele wereld laten weten dat ik zwanger ben, heb ik gistermiddag ook maar eens mijn vader gebeld. Ik moet zeggen; hij was blij voor me. Zo blij dat hij onmiddellijk over hondjes, concerten en andere dingen begon te praten. Maar goed. Zo is het en niet anders.

    *gaat spreukentegeltjes in de wc ophangen*

  3. Van harte Feli Kittekat & Hank!
    Babies heersen, grappig genoeg letterlijk ook vaak, maar ze verdienen het niettemin, geniet ze!

  4. Dank, chocoijsje!